Brasem
Brasem
De brasem (Abramis brama) is een vis die behoort tot de familie van de Cyprinidae.
Het is een van de talrijkste vissen van Nederland en door zijn gewicht vaak de belangrijkste vis qua biomassa.
De maximale lengte is 90 cm. Een Duitse recordvis uit 2000 was 85 cm lang en woog zeven kg.
Normale lengten zitten in het bereik van 40 tot 60 cm en brasems boven de 70 cm komen alleen in specifieke omstandigheden met een lage stand aan brasem voor.
Herkenning
De volwassen brasem heeft een typische ruitvorm, is afgeplat en heeft een lange anaalvin en een korte puntige rugvin.
Zo kunnen ze 's zomers wel herkend worden als het zuurstofgebrek ze naar de oppervlakte dwingt.
De vinnen zijn grijzig of zwart en nooit gekleurd.
In de paaitijd kunnen mannetjes herkend worden aan de paaiuitslag, keiharde wratjes op de kop en kieuwdeksel.
De kleur is variabel en hangt sterk samen met de helderheid en begroeiing van het water.
Bij helder begroeid water krijgt de brasem een bronzen kleur, in rivieren en troebele plasjes is hij meer zilverachtig met een wat gelige gloed.
Zeer jonge brasems worden meestal niet als zodanig herkend omdat de visjes dan nog heel slank zijn.
Ze zijn zilverachtig, sterk afgeplat en hebben een lange anaalvin.
Ze kunnen worden onderscheiden van voorns door het afgeplatte lichaam en de lange anaalvin.
Van kolblei alleen door de schubben te tellen (m.b.v. foto of loep).
Verwarring met Kolblei
De brasem wordt vaak verward met de kolblei, maar eigenlijk is het vrij simpel de soorten uit elkaar te houden. De kolblei heeft aan het begin van zijn gepaarde vinnen een rode vlek, de brasem heeft borstvinnen die tot voorbij de aanhechting van de buikvin komen. Een andere manier om ze te onderscheiden is de geur, brasem heeft een heel sterke geur (en veel slijm), kolblei ruik je niet zo snel. Bovendien is bij de kolblei de diameter van het oog gelijk aan de afstand van de bek tot het oog. Bij brasem is dit niet zo. De kolblei heeft dus in verhouding een groter oog.
Op de foto onder staan twee jonge exemplaren van brasem en kolblei. Bij deze dieren moet je goed kijken om het verschil te zien. Het meest betrouwbare kenmerk zijn de grovere schubben van kolblei. Door de schubben van de zijlijn tot de voorkant van de rugvin te tellen kan uitsluitsel worden verkregen. De kolblei heeft er 10 of minder. Ook andere verschillen kunnen worden gezien, zoals de zilveren kleur en stompe kop van de kolblei zijn op de foto te zien, maar ze zijn subtiel en moeilijk op het eerste gezicht te zien.
Ook kruisingen van brasem en kolblei komen voor en recentelijk worden ook Donaubrasems (Ballerus sapa) gevangen, die aan de enorm lange anaalvin en het iets slankere postuur te herkennen zijn.